Met de Java-builder bouwt u Java-programma's via een compileerprogramma dat de Java-taalspecificatie implementeert. De programma's kunnen incrementeel worden opgebouwd bij het opslaan van afzonderlijke Java-bestanden.
Eventuele problemen worden door het compileerprogramma geclassificeerd als waarschuwingen of fouten. De werking van het programma wordt niet beïnvloed door waarschuwingen: de code wordt uitgevoerd alsof
deze correct was geschreven. Compileerfouten (zoals opgegeven via de Java-taalspecificatie) worden door het Java-compileerprogramma altijd geclassificeerd als fouten. Voor een aantal soorten problemen
kunt u echter opgeven of deze moeten worden geclassificeerd als waarschuwingen, fouten of problemen die kunnen worden genegeerd. U kunt de standaardinstellingen wijzigen op de voorkeurenpagina
Java > Compileerprogramma > Fouten/Waarschuwingen.
Het Java-compileerprogramma kan ook CLASS-bestanden maken als er compilatiefouten aangetroffen zijn. Bij ernstige fouten (zoals verwijzingen naar inconsistente binaire bestanden, die waarschijnlijk het gevolg zijn van een ongeldig buildpad), worden er echter geen CLASS-bestanden gemaakt.
Buildklassenpad
JDT (Java Development Tools)
Eigenschappen van Java-buildpad
Voorkeuren van het Java-compileerprogramma