Op de voorkeurenpagina
Java > Codestijl > Codesjablonen kunt u de indeling van nieuwe code en nieuw commentaar configureren.
De pagina voor code en commentaar bevat codesjablonen die worden gebruikt bij acties die code genereren. Sjablonen bevatten variabelen die worden vervangen als de sjabloon wordt toegepast. Sommige variabelen zijn beschikbaar in alle sjablonen, andere zijn specifiek voor een bepaalde sjabloon.
Actie |
Beschrijving |
---|---|
Bewerken... |
Hiermee opent u het dialoogvenster Codesjabloon, waarin u een geselecteerde codesjabloon kunt bewerken. |
Importeren... |
Codesjablonen importeren uit het bestandssysteem. |
Exporteren... |
Alle geselecteerde codesjablonen exporteren naar het bestandssysteem. |
Alles exporteren... |
Alle codesjablonen naar het bestandssysteem exporteren. |
Commentaarsjablonen kunnen de variabele ${tags} bevatten, die wordt vervangen door de standaard-Javadoc-tags (@param, @return..) voor het element met commentaar. Het commentaar bij de 'vervangende methode' kan verder de sjabloon ${see_to_overridden} bevatten.
De sjabloon 'Nieuwe Java-bestanden' wordt gebruikt door de wizard Nieuw type als er een nieuw Java-bestand wordt gemaakt. In de sjabloon kan worden aangegeven waar commentaar wordt toegevoegd. De sjabloon kan de variabele ${typecomment} bevatten, die wordt vervangen door de evaluatie van de typecommentaarsjabloon.
De sjabloon 'Inhoud van catch-blok' wordt gebruikt als de inhoud van een catch-blok wordt gemaakt. De sjabloon kan gebruik maken van de variabelen ${exception_type} en ${exception_var}.
De sjabloon 'Inhoud van methode' wordt gebruikt als er een nieuwe methode met inhoud wordt gemaakt waarvoor meer code nodig is om de functionaliteit te voltooien.De sjabloon bevat de variabele ${body_statement}, die kan worden omgezet in een retourinstructie en/of een superaanroep.
De sjabloon 'Inhoud van constructor' wordt gebruikt als er een nieuwe methode of constructor met inhoud wordt gemaakt. De sjabloon bevat de variabele ${body_statement}, die in een superaanroep kan worden omgezet.
De sjabloon 'Inhoud van getter' wordt gebruikt als er een nieuwe getter-methode wordt gemaakt. De sjabloon bevat de variabele ${body_statement}, die wordt omgezet in de bijbehorende retourinstructie.
De sjabloon 'Inhoud van setter' wordt gebruikt als er een nieuwe setter-methode wordt gemaakt. De sjabloon bevat de variabele ${body_statement}, die wordt omgezet in de bijbehorende toewijzingsinstructie.
Het dialoogvenster bevat de volgende velden en knoppen:
Actie |
Beschrijving |
---|---|
Beschrijving |
Een beschrijving van de sjabloon. |
Patroon |
Het patroon van de sjabloon. |
Variabelen invoegen... |
Een lijst afbeelden met eerder gedefinieerde variabelen voor sjablonen. |
Acties van het menu Bron
Java-editor
Voorkeuren van de Java-editor
Voorkeuren voor sjablonen